Proberen

Voor de zekerheid kondig ik al voor Gouda aan dat ik straks zal zwaaien. Iets later app ik: ‘Oud boemeltje, tweede deur van voren.’ Ik ben al bij mijn vriendin als mijn neef appt: ‘Je zult het niet geloven, maar er kwam een collega zeuren, daardoor kon ik niet naar jou zwaaien.’ We zijn vandaag allebei in een nieuwe schrijffase, mijn vriendin en ik. Zij wil voor maandag een blog op haar site hebben, omdat… lees meer >>

Uitnodigingen

De jongen van de publiciteit en marketing van de uitgeverij die mij uitnodigt voor de boekpresentatie van het boek van een vriend, schrijft helemaal onderaan zijn mail dat hij in de oneven weken op vrijdag vrij is. Een tweede uitnodiging lijkt me. lees meer >>

Geluk

Hotel met zwembad. Er is een boek dat ‘Zomerhuis met zwembad’ heet. Ik had het hotel erop uitgekozen, op dat zwembad. Ik nam voor lief dat de kussens te stevig waren, ook het dunnere kussen dat ik had gevraagd. In het zwembad was niemand, niet ’s middags en ook niet de volgende ochtend. Daar hou ik van, dat ik het bad voor mezelf heb, dat ik kan zwemmen zonder uit te hoeven wijken. Op de… lees meer >>

Zonnig

Het dorp telt 3500 inwoners. We hebben het onderweg op de borden gezien. Ieder jaar op de eerste donderdag van september is de optocht. Iedere vereniging, iedere wijk bouwt zijn eigen wagen. De wagens trekken ’s ochtends door het dorp en ’s avonds nog een keer. Dan gaat het om de verlichting. ‘State of the art,’ zegt mijn zus, die sinds een jaar in de jury zit. Er is een publieksprijs, er is een deskundigenprijs.… lees meer >>

Terwijl

In de lessen waren onder andere aan bod gekomen: hoewel, terwijl, toch. Ik zeg: ‘Jij leest een boek. Ik kook water. Je kunt ook zeggen: Terwijl jij een boek leest, kook ik water.’ Z kijkt mij vragend aan, terwijl ik water kook. Tja, denk ik, waarom zou je twee overzichtelijke korte zinnen tot één zin maken als het ook los kan? Hoewel. Ik zeg: ‘Hoewel je heel hard geleerd hebt, haal je het examen toch… lees meer >>

Zo gaat het ook

De hoofdpersoon in Max Frisch’ Gantenbein stelt zich een leven voor met een grote actrice, ‘van wie ik houd en die ik daarom laat geloven dat ik blind ben; ons geluk tengevolge daarvan. Noem haar maar Lila.’ Er volgen praktische situaties. ‘Aangezien Lila echt niet wil dat Gantenbein, haar blinde, de afwas doet alleen omdat de afwas zichzelf niet doet, ja, het spul komt niet eens vanzelf in de keuken terecht, en aagezien Lila telkens… lees meer >>

Verandering

De jongen met de bruine krullen heeft een elektrische rolstoel, de knul met het steile zwarte haar een gewone, hij pakt met zijn linkerhand de rugleuning van zijn vriend, zet zijn voeten op een metalen buis die midden tussen de twee achterwielen voor hem zit, als ze lekker op gang zijn, langs Gall&Gall, langs de sigarenboer, de kapper, het reisbureau, de diervoederwinkel, de Bruna, is de achterste, tikkend en vegend met zijn rechterhand, alweer verdiept… lees meer >>