Lokroep (3)

Toen R naast mijn bureau aan het vertellen was over die uitvaart waar de familie door alle besmettingsrisico’s niet bij kon zijn, zagen we een blauwe reiger aan komen vliegen die gelet op zijn hoogte en richting zomaar op weg kon zijn naar een landingsplek in onze achtertuin. Ik sprintte alle trapjes af en keek door het keukenraam of ik de reiger op de rand van de schutting zag of zelfs al naast de vijver,… lees meer >>

Zonder een levende ziel

Ik lees deze dagen misschien meer achtergrondartikelen dan goed voor me is. Als er zinnen instaan die ik in mijn geest wil prenten schrijf ik ze over in een boekje. Nu ben ik een zin uit de NRC-column van Maxim Februari van deze week aan het overschrijven. Beneden op de straat hoor ik R parkeren: het stationaire gezoem van een klein motortje met daarbovenuit de ademhaling van de klimaatcontrole terwijl R in een app zijn… lees meer >>

Tureluurs

Ik pak het meetlint, schuif een keukenstoel naar achteren, ja als hij daar gaat zitten, kunnen wij prima overal lopen. In de woonkamer schuif ik de rolmaat opnieuw uit, de paarse stoel ietsje meer naar het raam, zo ja, dan is er een cirkel van zo’n twee meter. Schoonbroer belt aan. Ik doe open, loop direct terug naar de keuken. Hij snapt welke stoel voor hem is. Ik wijs naar de tuin van de buren… lees meer >>

Connected

Acht uur. Er hangt een grote bonte specht aan het vogelpindakaaskooitje. Niet het vrouwtje van de vorige keer, deze heeft een rood vlekje achter op zijn kop, een mannetje dus. Vroeg opstaan loont. R kust me, stapt in de auto, ik pak de boodschappentas, ga ook naar buiten, alle huizen slapen nog, onderweg een potpourri van vogelgezang, één hardloper, één wandelaar. Achter de supermarkt houden twee vakkenvullers de zware trolly’s tegen die van de laadklep… lees meer >>

Oma’s

Oma was dood. Niet mijn oma – mijn oma’s zijn al heel lang dood –, de oma van mijn nichtjes, de schoonmoeder van mijn broer, de moeder van mijn schoonzus. Zei iemand oma, dan wist iedereen over wie het ging. Omdat oma alles kon, altijd in touw was, nooit ziek, dacht mijn jongste nichtje dat oma misschien wel honderd kon worden. Maar dat leek oma helemaal niks. Als ik bij mijn broer langsging zag ik… lees meer >>

Lokroep (2)

R stond in de keuken met een boterham in zijn hand te kijken naar de tuin en zei: ‘Volgens mij proberen de kikkers de vijver uit te komen. Misschien willen ze zonnebaden?’ Het was inderdaad een zonovergoten dag, en de wanden van de vijver zijn loodrecht. Toen het tijd was voor lunch, zette ik het krukje dat ik altijd gebruik om de voedersilo van de schommelhaak te kunnen halen naast de vijver, warmde een restantje… lees meer >>

Zonnestraal

Vriendin Z die nu niet meer iedere dag naar de sportschool kan om haar beschadigde ledematen soepel te houden, die nu niet naar haar vrijwilligerswerk in het verpleeghuis kan omdat daar corona heerst, die voor onbepaalde tijd zal moeten wachten tot ze bij de gemeente in een traject richting werk kan beginnen, die zaterdag nog even twee kortingsbonnen voor een wasbeurt bij de carwash door de brievenbus deed (‘waar wast R de auto?’ vroeg ze… lees meer >>