De nieuwe medewerker bij de groentenvrienden zei: ‘Je kunt hem er ook tegenaan houden.’ R zei: ‘Dat heb ik uitgezet. Ik wil niet gescimd worden.’ Hij stopte zijn bankpas in de betaalautomaat, toetste zijn pincode in. ‘Je kunt je pas beschermen,’ zei de vrouw. Ze wist er veel van. ‘Na zoveel keer contactloos betalen, wordt er weer een keer om een pincode gevraagd.’ ‘Nou ja, misschien activeer ik het weer,’ zei R, ‘maar zo vergeet ik mijn pincode niet.’ Dat vond ze een goed argument. Ze had de nieuwste James Bond gezien, daar werden armen afgehakt, ogen uitgelepeld, chips onder de huid vandaan gesneden, of wat al niet meer om de modernste identificatiemiddelen – waarbij pincodes middeleeuws aandeden – te bemachtigen. Ik had geen James Bond nodig om weer een vingertopje door de gootsteen te laten verdwijnen. Dit keer was het van de pink. Dat gaat zo. Ik leg een zoete aardappel in mijn rechterhand, neem de aspergeschiller die ik dit voorjaar bij de groentenvrienden heb gekocht en die super schilt in mijn linkerhand en begin de schil te verwijderen. Ook al weet ik inmiddels hoe het kan gaan en doe ik voorzichtig, toch aait de aspergeschiller in een onbewaakt ogenblik heel even langs het topje van de rechterpink die zo braaf de zoete aardappel omklemt. Wat volgt is geen dokterswerk, geen ambulance hoeft voor te rijden, maar het silhouet van mijn pink is onmiskenbaar anders, platter, licht gedeukt zelfs. Het herstelt wel weer, het lichaam heeft een goed geheugen voor hoe het was. ‘Het is een familiekwaal,’ zegt mijn tante. Mijn oom miste ook weer zo’n topje, resultaat van iets te enthousiast knippen met de heggenschaar bij het groenonderhoud rondom de appartementengebouwen. Hij maakt dan eerst het werk af voor hij naar binnen gaat voor een pleister. ‘Het bloedde flink,’ zei hij, ‘dat is goed toch?’ En ja, er is die generatie daarvoor, mijn opa en zijn broertjes, die misten hele en halve vingers. Zodra er rood opduikt tussen het oranje van de zoete aardappel, hou ik de wond onder de koude kraan, dep de vinger droog, plak een pleister. Daarna pas de volgende zoete aardappel. Er zit evolutie in de familie wil ik maar zeggen.