Les

Ik leerde hoe ik een container in de Rotterdamse haven onzichtbaar kon maken. Gewoon in het theater in mijn stad. Je nam een handvol geprepareerde usb-sticks, die gooide je over de hekken. De mens is nieuwsgierig. Er hoeft maar één zo’n nieuwsgierig havenmens zo’n usb-stick op te rapen en in een havencomputer te stoppen en bingo. Je worm of virus is binnen. Dan kun je iets regelen. Bijvoorbeeld een stroomstoring van een milliseconde precies op het moment dat die ene container met honderd kilo cocaïne door het scanapparaat gaat. Je kunt ook een niet al te best betaalde kraandrijver omkopen, of een controleur. Verdisconteer je gewoon in de prijs. Zeven miljoen containers passeren jaarlijks de Rotterdamse haven. Iedere week komt er minstens één container vol wapens binnen: Uzi’s, AK-47’s, landmijnen. En cocaïne. Meer dan genoeg voor Europa. Als er eens driehonderd kilo wordt onderschept, is dat geen voorpaginanieuws meer en heeft het geen effect op de straatprijs. Van die zeven miljoen containers worden er vijftigduizend opengemaakt. Een op de honderdveertig. Met de helft van die opengemaakte containers is iets mis. Het controleteam bestaat uit vijfentwintig mensen en een Jack Russell. De economische belangen willen die vijfentwintig en die hond natuurlijk weg hebben, allemaal oponthoud in de vaart der volkeren – zoals bankiers dreigen met Londen, dreigen verschepers met Antwerpen –, maar de politiek houdt de rug recht: dat hebben we nodig om het volk te laten zien dat we smokkel niet tolereren. Honderden controleurs jagen ondertussen achter AOW’ers, WW’ers en bijstandsgerechtigden aan. Dat is ook om iets te laten zien, al ben ik even vergeten wat.

Voeg toe aan je favorieten: Permalink.

Reacties zijn gesloten.