Gewoon

herfstbladIk liet de bladeren liggen, op het terras, in de tuin, de herfst was al kaal genoeg. Een vriendin met wie ik wat heen en weer mailde over hoe het ging, concludeerde dat er nooit niets aan de hand was: was de zieke weer beter, dan was er inmiddels iemand dood, was de dode afgewikkeld, dan was er elders wel weer een probleem, pech, een ongeluk, iets waar je zorgen om kon hebben. Dakpannen die elkaar overlapten. Als je dat eenmaal door hebt, schreef ze, dan hoort dat er ook gewoon bij. De NS hadden mijn pechtreinreis vergoed, zonder morren. In de tram draaide een man zich nog even om voor het uitcheckapparaat en stapte op de tenen van een vrouw. Sorry, zei hij. Geeft niks, zei ze, ik heb er tien. Deze vrouw behoorde tot de categorie mensen die dit soort zinnetjes bij bosjes paraat hebben. De man vroeg: tien voeten? Dat vond ik grappig. Ja joh, loopt lekker snel, zei ze. Ik keek naar de vrouw die de tram uitstapte en probeerde het me voor te stellen, aan ieder been vijf voeten. Gestruikel, dat zag ik.

Voeg toe aan je favorieten: Permalink.

Reacties zijn gesloten.