Volwassen

Ik had niet aan een oude lap gedacht. Misschien kwam het doordat de steen er nog maar net stond, de lente nog maar nauwelijks van start was, de bomen nog in blad moesten komen, de vogels nog hun draai moesten vinden. Maar de natuur heeft er lak aan of iets er net is of al heel lang. En ik was onervaren. Op het zwarte graniet zat vogelpoep, niet te missen: opgedroogd wit bovenop en in… lees meer >>

Buren

Ik keek naar de achterbuurjongen, hij stond voor het raam van zijn slaapkamer. Zijn huis en het mijne zijn identiek en staan met hun ruggen naar elkaar. Toen ik nog werkte in wat bij hem zijn slaapkamer is, zaten we vaak tegelijk aan het raam: ik te schrijven en naar buiten te staren, hij te spelen, iets later gebogen aan een bureautje met schemerlamp en nu trok hij over zijn blote bast het zwarte shirt… lees meer >>

Menselijk

Ik besprak met een goede vriend het onbegrijpelijke. Zijn zussen gingen een paar jaar geleden huizen kopen, hadden hypotheken nodig en vroegen hem om advies. Die goede vriend weet wel iets, kranten die hem interviewen over de aantrekkelijkheid van steden en regio’s, noemen hem zelfs wel eens econoom – hij is sociaal-economisch historicus, een feit dat binnen dertig seconden op internet te vinden is. Hij zei: géén langlopende vaste rente, géén spaarhypotheek, al helemaal geen… lees meer >>

Uitje

Ik was Pitta net als M, C Vata (die kon alles eten zonder ooit dik te worden), H ook Pitta met een vleugje Kapha en T was Kapha met een vleugje Pitta. We hadden net een Lourdes-achtige plek bezocht, maar dan gewoon in eigen land, Onze Lieve Vrouwe in ’t Zand, waar een schaapherder ooit een emmer uit een waterput omhoog haalde en in die emmer een Mariabeeldje vond. ‘O. L. Vr. In ’t Zand… lees meer >>

Om

Ik fietste naar het station. Ik zou wel zien. Compleet gestremd was de route niet. Dat omreisadvies – eerst naar het zuidwesten, dan naar de kust, dan naar het noorden en dan weer helemaal naar het oosten – om op een plek te komen hier een half uurtje vandaan, was natuurlijk onzin. Als er nauwelijks treinen naar het noordoosten konden omdat daar de belemmering zat, dan konden ze er ook niet vandaan komen om om… lees meer >>

Groen

Ik zag dat de man de metro niet hoefde te halen. Daarvoor was zijn glimlach te groot. Hij kuste de kleine vrouw die met mij was uitgestapt niet, maar nam wel het rode boodschappenkarretje van haar over. In zijn andere hand klemde hij een Volkskrant. Hij zei: ‘ik sprak Sascha nog.’ ‘Sascha was toch dood?’ zei de vrouw, ‘wie vertelde dat ook alweer?’ Ik sjouwde mijn zware boodschappentas, een karretje hoefde nog niet, al was… lees meer >>

Kwijt

Ik was gerustgesteld. Ook voor een minister kon de Rabobank oude dagafschriften niet meer opduikelen. Een half jaar geleden was ik zelf op zoek geweest naar oude bankgegevens en had toen al ontdekt dat het niemand wat kan schelen dat we niet meer weten wat we eergisteren deden. Burgers, instellingen, bedrijven: iedereen flikkert alles weg. Iedereen vertrouwt er op dat iemand anders het wel bewaart, maar dat is dus niet zo. Een secretaresse van de… lees meer >>