Paniek op het balkon. Een kleine zwarte vogel fladderde tegen de twee planken aan. Het was een jong kauwtje. Vanuit de boom aan de andere kant van de straat krasten de volwassen kauwen heftig, een ekster vloog rakelings over het kauwenjong dat inmiddels op de betonnen balkonrand zat, bewegingloos. Het was avond op de eerste tropische dag van het jaar, de balkondeur stond wagenwijd open, af en toe draaide ik mijn hoofd even weg van de tv, weg van Cuba na Castro, en keek ik naar het jong met zijn donzige grijszwarte kleed. Ik vroeg me af of het jong mij ook zag. De jongeman die ten tijde van de ineenstorting van de Sovjet-Unie wegtrok uit Cuba omdat hij honger had, omdat hij vrij wilde zijn, zag na zijn rondreis door Cuba, zoveel jaar nadat hij was vertrokken, wel dat het socialisme ook goede kanten had, een paar: meer omzien naar elkaar, geen geldnajagerij. Ik voegde daar nog aan toe: een wereld zonder advertenties, lichtreclames, en gratis op de koop toe een permanente oldtimerparade. Toch keerde hij weer terug naar Nederland, dat was voor nu zijn thuis. Ik ging de planten water geven, sloot voor het eerste een slang aan op de regenton, maar de druk was te laag om de sproeikop te gebruiken. Dus vulde ik de gieter, liep er de tuin mee in, besproeide een half bed, liep weer terug, vulde weer een gieter. Omdat dat toch een gedoe was, rolde ik de slang uit, zonder sproeipistool, sloot die op de regenton aan, legde het andere eind van de slang in een bloemperk en liet het water stromen. Zo wisselde ik af. De gieter vullen, dan de slang aansluiten en het water laten stromen terwijl ik op een andere plek de gieter leeggoot, dan de de slang verleggen, gieter weer vullen, water weer door de slang laten stromen, enzovoort. In de voortuin liet ik de volle honderd liter regenwater uit de ton tussen de planten stromen. Toen alles lekker nat was, de avond viel, het kauwtje nog op zijn post zat en het nog veel te warm was om te gaan slapen, ging ik zonder dekbed in bed verder lezen in Julia Blackburns Wij drieën, waarin de schrijfster ogenschijnlijk achteloos en ook liefdevol verslag doet van haar bizarre jeugd met op zijn zachtst gezegd ingewikkelde ouders die meer oog hadden voor hun eigen kunst en hun eigen relaties dan voor hun dochter. Ik zag Blackburn onlangs op tv, in VPRO Boeken, zo kwam ik bij dit boek uit, en ik viel voor haar gepassioneerde en beminnelijke en nieuwsgierige manier van zijn. Ondanks de warmte zal ik het boek hebben weggelegd en hebben geslapen. Toen ik de volgende ochtend de balkondeur opende zat het kauwtje er niet meer.