Eerst een blauw zeil neerleggen als werkplek. Als er wat omvalt, is het niet erg, zo’n zeil kun je weggooien. Dan de spullen uit de bus halen: twee rode emmers, een witte metalen bus, een elektrische bouwmixer, een slijptol, een haspel, klein materiaal. Een kopje koffie, ja dat gaat er wel in ’s ochtends. Kniestukken over de spijkerbroek en dan naar de werkplek. Eerst de randjes afplakken, gewoon met schilderstape. En groen folie in en over de afvoergoot. De accu van de slijptol blijkt leeg. Even grommen, dan weer verder. Terug naar de bus. Andere slijptol. Met de slijptol een paar plekjes bijwerken en als alle oneffenheden helemaal vlak zijn met een bladblazer het oppervlak stofvrij maken. Ik zou een stofzuiger pakken. Maar het omgekeerde werkt even goed. Moet ik onthouden. Dan de grote witte bus pakken en die een poosje stevig heen en weer schudden. Een beetje van het spul uit de bus in een bouwemmer. Bouwemmers zijn fantastisch, ze kosten 1,25 euro en zijn veel sterker dan een duurdere, grappig gekleurde huishoudemmer van Blokker of de Action. Op het blauwe zeil staat een stapel van zeker acht nieuwe bouwemmers. Op de werkplek verschijnen twee grote rollen die lijken op rollen keukenpapier, maar dan iets smaller en veel dikker. Het is ook geen papier, maar lijkt geweven. Eerste een verfrollertje in het spul in de bouwemmer dopen en een beige goedje langs de randen rollen. Het verfrollertje is nieuw en komt uit een pak van wel tien rollertjes. Op het beige spul komt zo’n strook wit weefsel, eerst langs de roestvrijstalen goot, later ook links en rechts langs en tegen de muurtjes. Gewoon met een schaar op maat knippen. Over het wit weer zo’n laag beige. Nee, geen nieuwe koffie, genoeg koffie gehad. Ik zit aan de keukentafel, eerste rang. Ook al is zijn maat ziek, de man heeft er zin in, hij fluit.