Het was niet zoals we dachten smeltwater van naar binnen gewaaide sneeuw dat langs de overgangen van de stukken afvoerpijp rolde en onder de cv-ketel op de grond drupte. Nee, dat kan niet, zei de monteur. Hij moest ervoor bellen, had dit nog nooit gezien. Corrosie van het aluminium, aantasting van de afdichtringen door de gassen, vervangen door kunststof was de conclusie. Hij moest er even voor naar de zaak, had de natte doeken die ik om de pijp gebonden had om het water op te vangen, op het afvoergat gelegd. ‘Geen warm water tappen,’ zei hij. Hij had het ooit geleerd, hoeveel liter water zo’n cv-ketel per uur afvoerde, met daarin de CO2 en andere gevaarlijke gassen. Toen alles weer in orde was, tikte hij op zijn tablet. Hij was er niet blij mee. Ja, als alles werkte was het prima. Maar het werkte te vaak niet. In de tablet zat geen sim-kaart. Dat wilde het bedrijf niet. Dus gebruikte hij zijn smartphone als hotspot, maar er kwam geen verbinding en de werkbon die hij moest schrijven verscheen niet. Hij gaf het op, haalde uit zijn bus een papieren formulier. Ik dacht aan Een vrouw in Berlijn. Dagboekaantekeningen van april tot juni 1945, een boek dat ik mijn dochter of zoon, als ik die had, in de handen zou blijven duwen tot ze het gelezen hadden. Om te weten wat oorlog is, wat mensen dan doen, wat ze anders nooit doen, en waarop je terugvalt. De schrijfster die tijdens haar leven altijd anoniem is gebleven, schrijft op 20 april 1945: ‘Sinds vier dagen doet de radio het niet meer. Zo merk je maar weer hoe onbetrouwbaar al die dingen zijn die de techniek ons heeft geleverd. Ze hebben geen waarde op zichzelf, zijn alleen onder voorbehoud waardevol, zolang er stroom uit het stopcontact komt. Brood is absoluut. Kolen zijn absoluut. En goud is goud, in Rome of Peru of Breslau. Maar radio, gasfornuis, centrale verwarming, kookplaatjes, allemaal verworvenheden van de moderne tijd: zinloze ballast als de centrale het laat afweten. We vallen op het moment eeuwen terug in de tijd. Holbewoners.’ Zelfs zonder oorlog weet ik dat wij in dit huis bij grootschalige en langdurige stroomuitval het stadium van holbewoners nog niet eens zullen evenaren, zelfs een kopje thee – om de bevroren vingers en het verkleumde innerlijk te warmen – zit er bij ontstentenis van droog hout niet eens in.