In de Volkskrant vandaag iets over Münster (achterpagina, Dagboek, een van de fijnste rubrieken in deze krant). Friedrich Percyval Reck-Malleczewen werkt – het is 11 augustus 1936, München – aan een boek over Münster in de zestiende eeuw, toen de wederdopers daar een eigen stadstaat stichtten. ‘Tot in de domste details was het een kopie van wat wij nu te verduren hebben.’ Met nu bedoelt hij nazi-Duitsland dat hij vergelijkt met de Münsterse stadstaat. Allebei zegden ze de beschaving vaarwel, zowel nazi’s als de wederdopers waanden zich onoverwinnelijk. ‘Tot op een dag, schijnbaar onverhoeds en bij toeval, alles instortte,’ schrijft Reck-Malleczewen in zijn Tagebuch einer Verzweifelten. ‘Een misbaksel werd de grote profeet, terwijl de rest van de wereld in ongeloof toekeek.’ Ik dacht aan de twee vrouwen die in Luxemburg wandelden en die in Münster woonden. De ene vrouw, die Hauswirtschaftsunterricht gaf aan jongeren die er lang niet altijd zin in hadden, had haar hele jeugd haar stem zacht gemaakt zodra ze de grens overstak. Ze schaamde zich voor het verleden van haar land, voor haar taal. Als ze kon sprak ze de taal van het land waar ze was. Altijd schaamte. Tot ze een roman van een Nederlander las, die zich schaamde voor het Nederlandse koloniale verleden. Ze was van haar stoel gevallen. Dat lieve Nederland? Dat open, tolerante, niks aan de hand landje? Had dat ook iets om zich voor te schamen? Het had haar geholpen. ‘Al is het onvergelijkbaar,’ zei ze, ‘wat Duitsland heeft gedaan is het allerergste.’ We moesten beslist naar Münster komen, zeiden de vrouwen. Er was een fantastische kunstmanifestatie ‘Skulptur Projekte’ en de stad was ook heel mooi. We wisselden gegevens uit. Hoe sprak je haar achternaam uit? Ze deed het voor. Pools, haar opa was Pools. Geschiedenis overal. (Elders in de krant twee andere misbaksels die zich grote profeten wanen, terwijl de rest van de wereld, ik incluis, in ongeloof toekijkt. ‘Wie de nieuwe ideologie niet gehoorzaamde, mocht door naar de beul,’ schrijft Reck-Malleczewen. Hij stierf in 1945, vermoord in Dachau).