Ik zag een dikke zwarte kat met een waggelende staart op het terras. Het was twee uur ‘s nachts. Ik was wakker geworden van geschreeuw en een doffe plof. Eerst dacht ik aan een veel te luide mannenstem, toen aan babygehuil en toen drong het langzaam tot me door, was ik opgestaan en en keek ik uit het raam. Toen de nacht voorbij was inspecteerde ik de plaats delict. Overal lagen plukken zwartgrijs haar, alsof er vannacht een illegale kapsalon was neergestreken en in allerijl vertrokken. De pot op de bovenste trede van de trap naar de tuin stond kennelijk in de weg, die was weggeduwd en lag iets lager op de tegels, de aarde er een beetje uit. Wat wist een mens van wat er op een paar meter van zijn bed gebeurde als hij sliep? Alweer jaren geleden hadden hier een paar huizen verderop een paar Joego’s zich in de twee vuilcontainers naast de voordeur verstopt en toen die buren om drie uur ‘s nachts thuiskwamen van hun werk in de parenclub waarvan ze eigenaar waren, waren die Joego’s uit de containers gesprongen. Hemelsbreed vanaf mijn bed misschien twintig meter. Bij de buurman hadden ze eens de autosleutels van zijn gloednieuwe Volvo uit zijn broekzak gehaald, de broek die op een stoel lag naast zijn bed waarin hij lag te slapen, net als wij in de bovenste kamer van het huis, gewoon aan de andere kant van de muur dus. Aan mij was het allemaal voorbij gegaan. Toen ik wakker werd was er alweer nieuw geluid. Door de straat reed een shovel af en aan met stoeptegels in zijn bek. De grootste vuilcontainer stond nog achterin de tuin, daar moest nog wat laatste bladafval in, een natte hoop die ik gisteren uit elkaar had getrokken en die nu lag te drogen. Ik vermoedde dat ik die zware bak straks door een zandvlakte naar de voorkant moest rijden.
Werkzaamheden
Voeg toe aan je favorieten: Permalink.