Bonus

Ik legde een courgette en een prei op de zwarte band. De groenteboer is dicht op maandag. De vrouw voor mij legde een boodschappenscheidertje tussen haar en mijn boodschappen. Ze wees op een groot bord boven ons hoofd. Ik keek. Er stond een bonuskaart op. Hij zag er anders uit dan de kaart die ik in mijn portemonnee had. ‘Een nieuwe kaart,’ zei de vrouw, ‘daar kunnen de boodschappen toch nooit goedkoper van worden? Denk… lees meer >>

Fluim

Ik rende langs het water. In Peking liepen vandaag duizenden mensen een marathon. Ik had er over gehoord op het journaal. Marieke de Vries van de NOS vroeg een Chinese jongeman hoe het was om in dikke smog te trainen. Hij zei dat hij na een trainingsronde altijd zwarte fluimen spoog. De woorden schoten me naar een andere tijd. Ik liep tussen de suikerbieten stekels te hakken en mijn oom vertelde over mysterieuze zieken die… lees meer >>

Station

Ik liep de trap op. Er kwam een man naar beneden gelopen die heel erg in zijn telefoon verdiept was. Het maakte niet uit. Zijn benen konden het zonder zijn ogen af. Op de roltrap links van mij stonden drie meiden. Eentje liet de anderen iets zien op haar telefoon en die anderen gilden het uit en riepen ‘nee, nee, oh wat erg’ en ze lachten heel hard en ze rolden, nog krom van het… lees meer >>

Liefde

Ik draaide een schroef in een plank; het kon de dertigste zijn, maar ook de vijftigste. Als je lekker bezig bent, blijf je niet tellen. Het raam stond open, ik hoorde hoefijzers op stenen. Heel even dacht ik dat ik te lang teveel gaten achter elkaar had geboord en schroeven had ingedraaid, maar toen ik klaar was met die gedachte hoorde ik het nog steeds. Aan het hoefgetrappel te horen waren het meerdere paarden. Ik… lees meer >>

Werk

Ik legde een plank op twee schragen, stapelde op de grond wat planken op elkaar en zette daar een andere plank op. Die plank moest haaks vast aan de plank op de schragen. Hij reikte nog niet hoog genoeg. Ik legde nog wat hout op de stapel en toen nog een stukje hardboard en toen was de stapel hoog genoeg. Mijn neef belde. Ik vroeg: hoe doe jij dat eigenlijk, twee planken haaks aan elkaar… lees meer >>

Buizen

Ik belde mijn broer. Ik wilde weten hoe het met het water was. Hij was zijn drainagebuizen aan het doorspuiten. In regenpak. Gisteren kwamen de buizen niet eens boven het slootwaterniveau uit, zei hij. Vandaag wel. Ze spoten een volle straal. Hij had negentig millimeter gehad. De suikerbieten en de cichorei konden er wel tegen, zei hij. Het was alleen de vraag wanneer het land weer droog genoeg zou zijn om er met een zware… lees meer >>

Dakpan

Ik keek naar buiten. Het raam was door alle regen heel wat schoner. Aan de overkant liep een man op het dak. Hij droeg een zwarte sweater met witte opdruk op de achterkant. Ik kon de letters niet lezen. Het waren er te veel. Ze stonden in de vorm van een bijenkorf. De man reikte een emmer aan aan zijn collega beneden. Die leegde de emmer bij de voet van de boom die tussen de… lees meer >>