Kibbeling

‘144 uur’, zei de groentevriend donderdag. ‘Als jij het zegt,’ zei ik terwijl ik koortsachtig zijn berekening probeerde te checken, maar niet verder kwam dan met weemoed denken aan mijn raketsnelle hoofdrekenvaardigheid waarover ik tussen mijn negende en twaalfde beschikte. ‘Een week telt 168 uur,’ lichtte de groentevriend toe, ‘min 24 uur is 144 uur. Ik heb je 144 uur niet gezien.’ Alhoewel ik had aangekondigd dat ik vorige week zaterdag waarschijnlijk niet zou langskomen,… lees meer >>

Lezen

‘Ik kan niet lezen,’ zei R tegen de jongens die midden in het winkelcentrum het AD probeerden te slijten. We liepen naar de Action waar ik een plastic bak ging terugbrengen. Gisteren had ik ‘m afgerekend bij de pinkassa. Er hangt een twee bij vier meter groot bord boven die kassa met PINNEN – GEEN CONTANT GELD en daaronder diezelfde woorden in pictogrammen. Ook bij het begin van de band zit een enorme sticker met… lees meer >>

Opruimen

Ik ruimde drie verhuisdozen aan spullen uit de keukenkastjes. Op een van de vrijgekomen planken zette ik het meer dan zestig jaar oude glasservies van mijn ouders. Twee jaar had het dunne, met knopjes en lijnen en sterren ingeslepen kristal in een doos gezeten, de glazen gewikkeld in de uit de complete telefoongids van Nederland, deel Utrecht, gescheurde bladzijden, om precies te zijn van Erenga S aan de Raiffeisenlaan tot Widlak PMJ aan de Oudegracht.… lees meer >>

Werk

Hoe heet het beroep van de man die de reclameposters op mijn station aan het verwisselen is? De oude vouwt hij dubbel en dan nog een keer: een plat pakket van voorbije acties. De nieuwe zitten in een koker, op volgorde vermoed ik, zodat de binnenste altijd de volgende is. Het luistert nauw: voor iedere kast en ieder station zullen de prijzen anders zijn. Voor dit werk moet je niet te klein zijn, lange armen… lees meer >>

Terreur

Al drie dagen schreef ik nauwelijks. Het kwam door een oneerbaar, wie-zwijgt-stemt-toe voorstel van een financiële instelling dat we al anderhalve maand in huis hadden en dat, nu ik het eindelijk eens grondig bestudeerde, nog erger bleek dan in onze stoutste dromen. Er is een hoogleraar die op televisie en in kranten niet ophoudt te zeggen dat we er als land en als individuen een heel stuk beter voor hadden gestaan als we de afgelopen… lees meer >>

Azië

‘China is toch het grootste land ter wereld?’ zei het ene meisje tegen het andere meisje. Ze had een Chinees meisje in de klas, bij een bepaalde les zat de Chinese naast haar. Toen er een keer een tekst over China moest worden voorgelezen mocht de Chinese dat doen. ‘Weet je wat zo gek is,’ ging ze verder, ‘ze heeft zulke ogen,’ – de meisjes zaten een paar stoelen achter me, ik zag ze niet,… lees meer >>

Vooruit

Al toen ik klein was hoorde ik over de Jaap Edenbaan. Ik had er zo mijn voorstellingen van gemaakt. Vandaag zag ik de baan voor het eerst, ik was lichtelijk teleurgesteld. Aan de pret deed het niets af. Het meisje met wie ik was zei iedere meter: ik kan het niet, het is echt heel moeilijk, ik kan het niet, het is echt heel moeilijk. Gelukkig was er een vader van een klasgenootje. Hij zei:… lees meer >>