Ik pakte mijn telefoon. ‘Als je die ouwe nog wil zien,’ zei mijn broer vanaf de combine, ‘hij scharrelt hier op het pad.’ Die ouwe is de benaming die mijn broer en ik al meer dan dertig jaar gebruiken voor onze vader. Hij is inmiddels 87. Ik verliet de houten schuur met de graansilo’s en het spinnenrag dat misschien wel ouder was dan mijn vader en stapte op de bovenste treeplank van de Ursus. Vroeger had iedere trekker bovenop het spatbord van het grote achterwiel een bijrijderszitje, maar tegenwoordig rust daarop de glazen cabine. Een trekker zonder cabine kan niet meer. Ik keek naar de voeten en handen van mijn nichtje die in vloeiende bewegingen over pedalen en langs hendels gingen. Ik zei: ‘Ik heb er altijd al naar verlangd me te laten rondrijden door mijn nichtje.’ Ze lachte een mooie lach. Ze stuurde de 145 pk met grote kiepwagen behoedzaam over de dijk. Op het betonnen pad zagen we de oude man lopen. Zijn handen lagen op zijn onderrug, de grijze spencer hing ruim om het witte overhemd met opgerolde mouwen. ‘Die opa van je is zo doof als een kwartel,’ zei ik. ‘Oh,’ zei mijn nichtje, ‘de remmen doen het niet zo goed.’ We reden de dijk af. Mijn nichtje trok aan de handrem. ‘Ik waarschuw hem wel even,‘ zei ik. Ik maakte een omtrekkende beweging. Hij toonde geen enkele verbazing. ‘Zo, jij bent ook ver van huis,’ zei hij. Ik zei dat de trekker er langs moest. Hij verstond me niet. Ik gebaarde naar de berm. Hij begreep me niet. Ik wees naar de trekker achter ons. ‘Oh,’ zei hij, ‘die kan wel over het gras.‘ Hij bleef midden op het pad lopen. Het ging traag. Mijn nichtje reed langs ons over het gras. Mijn broer leegde het blauwmaanzaad vanuit de tank van de combine in de kiepwagen. ‘Die pijp,’ zei mijn vader, ‘gaat helemaal hydraulisch.’ Mijn broer stapte van de combine af. In een schoongemaakt conservenblik hield hij een monster van de blauwe zaadjes. Daar ging het allemaal om. Mijn nichtje ging het monster thuis doormeten op vochtpercentage. Vroeger had ik dat talloze malen gedaan. Ik vroeg me af naar welk werk ik zou gaan kijken als ik bijna negentig was.